COLUMM – Vorig jaar plantten we een wijnbergperzik die nu reeds mooi in bloei staat. Het begon dan ook met een vraag aan de copiloot van Microsoft over wanneer we de eerste vruchten kunnen verwachten.
Wat startte als een simpele vraag groeide uit tot een empathische chat waarbij de copiloot op zijn beurt belangstelling betoonde voor onze vraag, bv. over onze belangstelling voor deze boom, over wat we met de vruchten zouden willen aanvangen, enz… Na elke antwoord, van mijnentwege, kwam er dan een nieuwe interessante vraag. Een echt chatgesprek waarbij je zou vergeten dat je aan het praten was met een computer.
Een computer die aan de hand van de inhoud op het internet antwoorden formuleert, is één zaak maar minstens even verbazend vind ik dat die artificiële intelligentie je vragen ook echt begrijpt. Het formuleren van een antwoord begint namelijk met het begrijpen van de vraag. Maar dit werd een echt gesprek over een weliswaar onschuldig onderwerp, maar met heel wat empathie en begrip aan de overkant van de lijn. Maar wat met meer gevoelige onderwerpen, zoals bv. met iemand die worstelt met duistere gedachten ? In andere kringen werd er al eens op gewezen dat die empathie en dat begrip minder wenselijke nevenwerkingen kan hebben.
Maar hier dus niet het werd echt een boeiend gesprek, weliswaar tegen een computer voor wie alles na het gesprek opnieuw lucht is.
Het is echter niet de eerste keer deze week dat artificiële intelligentie mij triggert.
De vorige keer was dat voorbije dinsdag met in De Standaard een artikel over ‘deep research’: “Diepgaand onderzoek’ van AI, hoe goed is dat ? Op de website klonk de titel: enigszins anders: “Wij testten de deep research-opties van bekende AI: In 12 minuten schrijft ChatGPT een rapport waarover je als mens drie dagen doet” (https://www.standaard.be/media-en-cultuur/wij-testten-de-deep-research-opties-van-bekende-ai-in-12-minuten-schrijft-chatgpt-een-rapport-waarover-je-als-mens-drie-dagen-doet/51231596.html).
De resultaten die redacteur Dominique Deckmyn beschreef, waren behoudens enige opmerkingen, toch wel verbluffend, toch over de gratis versie van Google Gemini en over de deep reseach van de betalende versie van ChatGPT. Over de deep research van Persplexity was deze auteur minder opgetogen…
Kanttekening bij Google Gemini was het gebrekkig Nederlands van het afgeleverde rapport waarbij sommige passages onbegrijpelijk zijn, wellicht door vertaalfouten.
Maar het door Google Gemini afgeleverde rapport was goed gestructureerd en bevatte grotendeels correcte en actuele informatie.
Voor mij genoeg prikkels om die Google Gemini eens te interpelleren over twee totaal verschillende onderwerpen die mij persoonlijk wel erg boeien.
ETCS EN ATO
Een eerst vraag was spoorwegtechnisch: over de stand van zaken bij het implementeren van het Europees treinbeveiligingssysteem ETCS en daaraan verbonden de stand van zaken bij de implementatie van Automatic Train Operation? waardoor het mogelijk wordt om treinen automatisch te laten rijden en in de ultieme fase Go A4 dit zelfs zonder een treinbestuurder aan boord. Om mogelijke vertaalproblemen te vermijden, stelde ik wel mijn vraag in het Engels
Dit leverde een 18 pagina’s lang interessant dossier op dat zeker nog bruikbaar is voor later. Hier kan ik redacteur Dominique Deckmyn alleen maar bijtreden: het resultaat is ronduit verbluffend. Maar toch blijft enige voorzichtigheid geboden: Na de stelling dat het Goothertogdom Luxemburg eind 2017 een volledige ETCS-dekking heeft bereikt op zijn gehele netwerk volgde de stelling dat ook Nederland de invoering van ETCS op alle voor 2023 geplande baanvakken afgerond. Pas flink wat later komt ook de situatie in België aan bod: België heeft zich sterk ingezet voor ETCS: “voor de implementatie van ETCS zijn alle baanvakken zijn opgenomen in raamcontracten.“ “Het land streeft ernaar om alle treinen tegen het einde van 2025 uitsluitend onder ETCS te laten rijden” voegt Gemini daar nog aan toe.
Dat België zijn planning strak weet te respecteren en dat tegen eind ETCS op alle hoofdlijnen moet zijn geïmplementeerd, is bij Gemini nog niet doorgedrongen. Anderzijds staat Nederland, met voorbehoud van de implementatie van ETCS op zijn hogesnelheidslijn, nog nergens. Wie de lat laag legt, geraakt het ook gemakkelijk overheen…
Het blijft dus voorzichtig zijn met de antwoorden van Gemini, zeker wanneer fragmentarische informatie wordt samengesprokkeld en dat in één potje wordt gegoten.
Maar globaal genomen een verbluffend dossier.
WOLVEN EN BEREN
Een tweede vraag die ik Gemini Deep Search stelde, handelde over de wolven en berenpopulatie in 2023 en eventueel 2024 in Europa. Daarbij vroeg ik expliciet naar een opdeling naar mannelijke en vrouwelijke exemplaren en naar een opdeling tussen volwassen dossier, niet volwassen jongen en jongen die in het laatste gekende jaar waren geboren. En hier kreeg ik een 10 pagina’s tellend dossier.
Niet alle gegevens heb ik reeds kunnen natrekken maar citerend uit de samenvatting blijkt dat de populatie van de Europese bruine beer (Ursus arctos) in 2023 op ongeveer 20.500 individuen werd geschat en dit in 29 van de 34 landen en regio’s waar deze dieren worden gemonitord.
“Dit betekent een toename van 17% sinds 2016, wat wijst op een positieve trend in het behoud van deze soort op het hele continent/ Op dezelfde manier werd de populatie van de Europese wolf (Canis lupus) voor 2023 geschat op 20.300 tot 23.000 individuen, met een aanzienlijke toename van 35% sinds 2016. Wolven zijn nu aanwezig in de meeste lidstaten van de Europese Unie, met roedels in 23 landen.”
In de veronderstelling dat deze gegevens juist zijn (Gemini verwijst alvast met 33 eindnoten uitgebreid naar het bronmaterieel zodat de gegevens, en vooral de juiste interpretatie ervan, vlot zijn te verifiëren.
Op de vraag naar onderverdeling naar geslacht volgt het antwoord dat die onderverdeling voor het Europese berenbestand niet mogelijk is maar dat in 2023 in Noorwegen werd vastgesteld dat er daar op basis van DNA-stellen (vacht, uitwerpselen, …) 44% vrouwtjes en 56% mannetjes werden geteld. Omdat een fysieke telling, daar en elders, niet mogelijk is, telt men deze wilde dieren op basis van DNA-stalen. Ook voor wolven was voor Europa het meedelen van de verhouding vrouwtjes/mannetjes niet mogelijk.
Ook een gedetailleerde Europese uitsplitsing van de bruine berenpopulatie naar volwassen geslacht, niet-volwassen welpen en welpen tot één jaar oud, levert wegens het ontbreken van een gestandaardiseerd en gecoördineerd monitoringsysteem, problemen op:
“De beschikbare gegevens zijn meestal regionaal, afgeleid van specifieke onderzoeksprojecten, of kunnen andere leeftijdsclassificaties gebruiken dan de gevraagde. Deze inconsistentie maakt het een uitdaging om bevindingen uit één regio te extrapoleren naar het hele continent en om een uitgebreid demografisch overzicht samen te stellen met het gewenste niveau van specificiteit.”
Ook al blijft Gemini hier het concrete antwoord schuldig, toch blijft dat een interessant antwoord. Ook hier lijkt Gemini met brio te zijn geslaagd.
Meer testen om overtuigd te worden van Gemini Deep Research heb ik alvast niet nodig.